Uruguayo

“Houdt u van deze muziek?”, vraagt de man achter de toonbank. “Nee, ik vind het afschuwelijk”, schiet het uit m’n mond.
Uit de luidsprekers klinkt de Koekoekswals, dat ding uit de jaren vijftig, waar we een andere tekst bij maakten: ‘koekoek koekoek, een vrouw in een mannenbroek, wat raar wat raar, een man in een directoire’. Kennen jullie die? Het was in die tijd een heel ondeugende tekst en we moesten dus altijd erg giechelen. Voor de duidelijkheid: directoire was een deftig woord voor damesonderbroek.
Onze tekst was dan wel leuk, maar het melodietje was zo erg, vooral als het op orgel werd gespeeld.
En zo’n versie klinkt nu uit de luidsprekers in dit Barcelonese winkeltje.
Ik ben hier naar binnen gelokt door een bordje in de etalage met ‘comidas caseras’, ‘eigengemaakte’ maaltijden. Ik heb honger en in het Spaans klinkt ‘caseras’ geurig en sappig. Binnen zie ik vooralsnog alleen wat droge pasteitjes op de toonbank staan. En hoor ik dat akelige walsje.

“Ik vind het afschuwelijke muziek”, flap ik er dus uit en de man en ik schieten beiden in de lach. “ Het is de truttige muziek van m’n jeugd”, probeer ik verzachtend te verklaren. De man zegt dat elke periode z’n eigen herinneringen heeft en dat hij alle muziek mooi vindt.
Ik hoor een licht accent in z’n Spaans en vraag of hij uit Uruguay komt. Inderdaad, zeven jaar geleden is hij met z’n vrouw hierheen gekomen, zijn dochter en haar man woonden hier al, en nu is ook zijn zoon met gezin in Barcelona komen wonen. Maar zijn hart is nog steeds in Uruguay.

Ik vertel dat ik lang geleden Nederlands heb gegeven aan vluchtelingen uit Uruguay en Argentinië. “Ja, dertig jaar geleden”, zegt de man. En meteen vertrekt z’n gezicht, en gaat er iets trillen en trekken, en het is duidelijk dat hij even terug is in moeilijker tijden.
(Halverwege de jaren zeventig gingen beide landen onder militaire dictatuur gebukt, linkse jonge mensen vluchtten van het ene naar het andere land, waar ze tenslotte ook vervolgd werden, zelfs door hun eigen regime. Onze regering haalde uit vluchtelingenkampen grote groepen mensen naar Nederland, waar ze meteen een status kregen en in opvangcentra terecht kwamen.)

In wat voor situatie bevond deze man zich toen? Wat zijn z’n emoties van nu precies? Ik durf ‘t hem niet te vragen. Hij is toen in Uruguay gebleven, zou hij misschien aan de verkeerde kant hebben gestaan? Of zou hij misschien geen verzet hebben gepleegd en daar spijt van hebben? Alles is mogelijk.
“Ach”, gaat de man verder, “degenen die dertig jaar geleden vluchtten, hebben het nu voor het zeggen. Er is nooit evenwicht. Het gaat van de ene naar de andere kant. Ik kies niet, ik ben solidair.”
En hij vertelt dat hij voorzitter van de Rotary Club is geweest, en van een ondersteunend comité toen Argentinië en Chili ruzie hadden en er bijna oorlog was uitgebroken.
“Ik ben meer een sussend mens. Hee, de muziek is vanzelf opgehouden, hoort u dat?”

Ik koop een bakje pasta met wat saus, en eet het op een bankje aan zee op. Het smaakt nergens naar.

Reacties

de buurvrouw zei…
mooi stukje!

en jammer van de pasta!

x

carka

Populaire posts van deze blog

Poep

De Kus