New Orleans (3)
Het is een leuke wijk, de Franse wijk. De zondag brengt extra gezelligheid met zich mee, zonder dat het teveel wordt. Hier en daar schalt de muziek uit een café, New Orleans doet z’n imago eer aan. Het feest kan zo overal losbarsten.
Het staat er vol met prachtige huizen. Ze zijn vooral zo mooi doordat ze vrijwel allemaal op elke verdieping een balkon hebben over de volle breedte van het huis. En als het een hoekhuis is, gaan de balkons ook gewoon mee de hoek om. Sommige hekwerken zijn echte kunststukjes. (zie foto’s gisteren)
Niet iedereen is even wakker, een man achter een soort open loket die z’n afhaalwaren moet aanprijzen, temidden van schreeuwende borden, zit verveeld aan z’n nagels te peuteren. Ik vraag of ik een foto mag maken, hij knikt en gaat rustig door met peuteren.
Ik houd niet zo van die levende standbeelden waarvan bv de Ramblas in Barcelona vergeven zijn, maar deze man staat er in z’n eentje en nog heel scheef ook, nou ja z’n ladder.
Dat het niet zo lang geleden carnaval (Mardi Gras) is geweest, is hier en daar nog te zien.
Wat houd ik toch van lopen door een stad, het is een tempo waarbij je weinig over het hoofd ziet, je duikt ’s een steegje in, je loopt weer even terug, je gaat even op een bankje zitten, en er is alle tijd om de foto’s te maken die je wilt.
Mensen zijn soms zo ingenieus, hier hangt aan het balkon een kattenmand met twee katten erin. Het is moeilijk te zien, maar ik zag wriemelende pootjes en was benieuwd waar die aan vastzaten.
Een restantje Wild West?
In een wat duister straatje kom ik deze veelbelovende taart (letterlijk, he) tegen.
“Check out our X-rated designs inside!”
Bikers' Paradise, je ziet ze overal.
En dan tenslotte een wat minder onderhouden gebouw, in een straatje waar vrijwel geen toeristen komen. Op een andere manier zijn dat net zulke mooie gebouwen.
’s Avonds gaan we cajun eten, daar is New Orleans ook beroemd om. We doen het in de Gumbo Shop, die moet de beste Gumbo (dikke soep met vlees of vis, groenten en rijst) en Jambalaya (cajunversie van paella) serveren. Nou ben ik snel tevreden met eten dat ik voor m’n neus krijg, maar deze gumbo smaakt nergens naar. De jambalaya is lekkerder, maar ook niet erg opwindend. Toch staat er een rij wachtenden van hier tot aan de hoek.
Door straten vol lichtjes en muziek lopen we terug naar onze statige hotelkamer.
Morgen wordt het plantages bezoeken.
Het staat er vol met prachtige huizen. Ze zijn vooral zo mooi doordat ze vrijwel allemaal op elke verdieping een balkon hebben over de volle breedte van het huis. En als het een hoekhuis is, gaan de balkons ook gewoon mee de hoek om. Sommige hekwerken zijn echte kunststukjes. (zie foto’s gisteren)
Niet iedereen is even wakker, een man achter een soort open loket die z’n afhaalwaren moet aanprijzen, temidden van schreeuwende borden, zit verveeld aan z’n nagels te peuteren. Ik vraag of ik een foto mag maken, hij knikt en gaat rustig door met peuteren.
Ik houd niet zo van die levende standbeelden waarvan bv de Ramblas in Barcelona vergeven zijn, maar deze man staat er in z’n eentje en nog heel scheef ook, nou ja z’n ladder.
Dat het niet zo lang geleden carnaval (Mardi Gras) is geweest, is hier en daar nog te zien.
Wat houd ik toch van lopen door een stad, het is een tempo waarbij je weinig over het hoofd ziet, je duikt ’s een steegje in, je loopt weer even terug, je gaat even op een bankje zitten, en er is alle tijd om de foto’s te maken die je wilt.
Mensen zijn soms zo ingenieus, hier hangt aan het balkon een kattenmand met twee katten erin. Het is moeilijk te zien, maar ik zag wriemelende pootjes en was benieuwd waar die aan vastzaten.
Een restantje Wild West?
In een wat duister straatje kom ik deze veelbelovende taart (letterlijk, he) tegen.
“Check out our X-rated designs inside!”
Bikers' Paradise, je ziet ze overal.
En dan tenslotte een wat minder onderhouden gebouw, in een straatje waar vrijwel geen toeristen komen. Op een andere manier zijn dat net zulke mooie gebouwen.
’s Avonds gaan we cajun eten, daar is New Orleans ook beroemd om. We doen het in de Gumbo Shop, die moet de beste Gumbo (dikke soep met vlees of vis, groenten en rijst) en Jambalaya (cajunversie van paella) serveren. Nou ben ik snel tevreden met eten dat ik voor m’n neus krijg, maar deze gumbo smaakt nergens naar. De jambalaya is lekkerder, maar ook niet erg opwindend. Toch staat er een rij wachtenden van hier tot aan de hoek.
Door straten vol lichtjes en muziek lopen we terug naar onze statige hotelkamer.
Morgen wordt het plantages bezoeken.
Reacties